OMGAAN MET GEDACHTES
Eén van de pijlers van de Sensikids-cursussen voor hoogsensitieve kinderen is het leren omgaan met gedachtes.
Gedachtes blijven altijd komen, je ‘bedenkt’ ze niet, ze komen in een flits, we noemen dat ook wel flitsgedachtes. Proberen om ze niet te hebben, is heel lastig. Er zijn mensen die jaren op meditatiecursussen zitten en die het nog niet lukt om helemaal zonder gedachten te zijn. De vraag is of dat je doel moet zijn, zonder gedachten. Natuurlijk is het heerlijk als je af en toe wat meer rust in je hoofd kunt ervaren en daar is meditatie of lekker gaan wandelen in de natuur natuurlijk prima geschikt voor. Wellicht is het beter je energie te richten op wat je met al die gedachtes die steeds maar weer spontaan je hoofd binnen flitsen, gaat doen.
In de cursus leren we kinderen dat je helpende en niet-helpende gedachtes hebt. De vraag is steeds of het helpende gedachtes zijn of niet. Aan de helpende gedachtes besteed je natuurlijk aandacht, daar heb je wat aan. De niet-helpende gedachtes kun je beter laten gaan. Alles wat je aandacht geeft, groeit. Dat betekent dat je steeds meer helpende gedachtes en minder niet-helpende zult krijgen, maar dat vergt dus wel oefening. En dat leren we hoogsensitieve kinderen in de cursus.
Gedachten laten gaan, betekent niet dat je ze probeert weg te duwen of er tegen probeert te vechten, want dan geef je ze ook aandacht. Maar het betekent dat je geen aandacht meer aan die gedachten schenkt en je focus ergens anders op richt. Het is eigenlijk heel simpel, maar in de praktijk valt het niet altijd mee. Mensen geven toch vaak veel aandacht aan niet-helpende gedachtes en zo houdt je ze toch weer in stand.
LOESJE noemt je zorgen maken, de verkeerde kant van fantaseren. Daarom helpen wij de kinderen om zich hiervan bewust te worden. Dat ze ontdekken dat ze een bewuste keuze kunnen maken wat ze met de gedachten die op ploppen, gaan doen. Dat ze kunnen kiezen waar ze hun aandacht op gaan richten en dat is toch vooral je aandacht richten op wat je nu in de situatie waarin je je bevindt, kunt doen. En dat je meer energie en aandacht geeft aan wat je wel wilt, in plaats van aan wat je niet wilt.
Niet-helpende gedachten komen vaak voort uit het verleden (ik kan ook niets) of de toekomst (ik vind het eng). Ze zetten je als het ware vast, je moed of energie om een stap te zetten, verdampt als het ware. Je ziet vooral beren op de weg en niet de uitweg uit de situatie. Je overtuiging dat het toch niet lukt of kan, wordt daardoor alleen maar groter. Als je het omdraait en gaat kijken wat wel zou kunnen in die situatie, word je weer actief, ga je op zoek naar de uitweg. En dan kan er wat veranderen, komt er een opening. Dan ontdek je dat je wel degelijk invloed hebt op je leven.
Helpende gedachten helpen je om de regie te nemen over je eigen gedrag en zo over je eigen leven.
Henriëtte Maas www.pacha-mama.nl